Op dat moment verschenen er op de muur van het paleis plotseling vingers van een mensenhand. Vlak bij de kandelaar schreven ze iets op de kalk van de muur. De koning staarde naar de schrijvende vingers.
Plotseling verschenen er vingers van een mensenhand die iets schreven op de gepleisterde muur tegenover de kroonkandelaar. De koning zag met eigen ogen de rug van de schrijvende hand.